En dan hebben we uitspraken van de Hoge Raad in 2009 die duidelijkheid moeten geven in de aandelenlease affaire (waar de gedupeerden niet blij van worden), dan hebben we de uitspraken van het gerechtshof Amsterdam eind 2009 (waar de gedupeerden al helemaal niet blij van worden), en dan komt de rechtbank Den Haag met een eigenzinnige uitspraak doe kant nog wal raakt en aangeeft dat onze rechtspraak, van de Hoge Raad tot en met de gewone rechter, het spoor volledig bijster is.
De rechtbank Den Haag trekt zich niets aan van de uitspraken van de Hoge Raad of welk gerechtshof of rechtbank ook en is van mening dat als je de maandtermijnen van het contract had kunnen betalen er helemaal geen sprake is van welke rechtsovertreding dan ook wat kan leiden tot enige schadevergoeding voor je betaalde inleg.
Dit is een gunstig uitgangspunt voor alle dieven, oplichters en fraudeurs.
Als je slachtoffer het had kunnen lijden dan moet hij niet klagen, ondanks wat het slachtoffer is aangedaan.
Dat het slachtoffer belazerd en opgelicht is doet hier niets toe.
Het gaat hier om een Levob Hefboom zaak waar de Hoge Raad heel duidelijk over was: 60 % van de schade voor rekening van Levob, maar de rechtbank Den Haag denkt hier heel anders over en veroordeeld de gedupeerde tot betaling van alles wat Levob eist.
Levob heeft in de eindafrekening wel een korting verwerkt van 2/3 van de restschuld, maar dan nog is de gedupeerde zijn inleg kwijt en moet 1/3 van de restschuld bijbetalen zonder dat de rechtbank kijkt naar het argument van onaanvaardbaar zware financiele last.
Hoe gek moet het nog in Nederland worden met een dergelijke rechtspraak?
De uitspraak is hier te lezen:
http://www.platformaandelenlease.nl/uit ... 012011.htm
Groeten,
Piet