Opleiding en inkomen bepalen
vergoeding in Dexia-zaak
ANP
AMSTERDAM - Inkomen, opleiding, vermogen en
beleggingservaring bepalen de hoogte van de vergoeding voor gedupeerden van
aandelenleaseproducten. Dat blijkt uit een serie uitspraken die de rechtbank in
Amsterdam vrijdag heeft gedaan in zaken tegen de Belgische-Franse bank
Dexia.
De rechtbank geeft met de vonnissen grofweg de
kansen aan voor beleggers die niet tevreden zijn met de zogenoemde
Duisenberg-regeling. De rechter gaat met behulp van een rekenmodel in de ruim
3500 rechtszaken bepalen hoeveel vergoeding gedupeerde beleggers terugkrijgen
van Dexia.
Andere manier van
rekenen
Gedupeerden met een netto maandsalaris onder de 1250 euro,
een laag opleidingsniveau, geen vermogen en geen beleggingservaring krijgen
tussen de 75 en 85 procent terug. Gedupeerden die redelijke ervaring hebben met
beleggen, een maandinkomen boven de 1250 euro en een vermogen dat hoger is dan
de leasesom, kunnen een vergoeding tussen de 5 en 15 procent verwachten.
‘Het is een andere manier van berekenen’, lichtte
een woordvoerder van Dexia toe. ‘In een aantal gevallen is het gunstiger voor de
belegger en in een aantal gevallen ongunstiger.’ De stichting Platform Aandelen
Lease (PAL) stelt dat ‘de uitspraken beduidend beter zijn dan de
Duisenberg-regeling’. ‘Het nieuwe rekenmodel gaat over de restschuld en de
inleg, de Duisenberg-regeling is alleen een regeling voor de restschuld’,
lichtte een woordvoerder van PAL toe.
Niet tevreden
Zowel Dexia als
de belangenvereniging is niet helemaal tevreden met de uitspraken. ‘Door de
ingewikkelde uitspraken wordt het de gedupeerden niet gemakkelijker gemaakt om
een keuze te maken’, aldus PAL. ‘Als dit voorbeeldzaken zijn, gaan we dit model
toetsen bij het gerechtshof’, stelde de woordvoerder van Dexia. Het is nu nog
niet mogelijk in hoger beroep te gaan, omdat de rechtbank vrijdag
tussenvonnissen heeft gewezen. De rechter mist nog persoonlijke en financiële
informatie over de gedupeerden voor het wijzen van het eindvonnis.
Op de vraag of aandelenlease een vorm van huurkoop
is, heeft de rechtbank in Amsterdam nog geen antwoord. De rechtbank organiseert
een aparte zitting om een oordeel te kunnen vellen over die kwestie.
Ontevreden beleggers beroepen zich erop dat het bij
aandelenlease om huurkoop gaat, wat betekent dat hun partner het contract mede
had moeten ondertekenen. Dat dit in veel gevallen niet is gebeurd, wordt
aangegrepen als argument om de beleggingscontracten te ontbinden. Dexia is het
daar niet mee eens en brengt ertegen in dat de verjaringstermijn verstreken is.
Duisenberg-regeling
Dexia heeft
begin dit jaar een schikking, de Duisenberg-regeling, getroffen met de grootste
belangenorganisaties van ontevreden beleggers in producten met geleend geld.
Beleggers die de schikking te mager vinden, kunnen alsnog naar de rechter
stappen. De contouren die de rechtbank in Amsterdam nu schetst, zijn van belang,
omdat een groot deel van de zaken in de hoofdstad zal dienen.
Beleggers kunnen alleen rekenen op compensatie als
blijkt dat Dexia tekort is geschoten met zijn zorgplicht. Deze plicht dwingt
financiële bedrijven om consumenten te wijzen op de risico's van hun investering
en een inschatting te maken van hun financiële situatie. Als Dexia slechts ten
dele de fout is ingegaan, komt de schade gedeeltelijk voor rekening van de
particuliere belegger.
De rechter wees vrijdag al wel een eindvonnis in
een zaak over een depotbelegging. Gedupeerden van deze beleggingen, die maar een
fractie uitmaken van de 3500 rechtzaken, krijgen een vergoeding van 100 procent
van Dexia.