Aanpak financiële fraude topprioriteit
OM
Het Openbaar Ministerie (OM) heeft de
bestrijding van financiële fraude topprioriteit gemaakt. Dat staat in het
gisteren gepubliceerde vierjarenplan van de top van justitie.
Het OM zegt 'alle zeilen bij te moeten zetten om
bij te blijven'. Hoeveel extra mensen zich bezig gaan houden met
fraudebestrijding kan een woordvoerder niet zeggen.
'Het is opvallend dat fraude na jarenlange
afwezigheid weer prioriteit is', zegt de in fraude gespecialiseerde advocaat en
ex-officier van justitie Aldo Verbruggen. Volgens Verbruggen lag de laatste tien
jaar de nadruk op straatgeweld, jeugd en veelplegers, en niet op
fraude.
Relevante doelgroepen
Het Functioneel Parket krijgt extra taken. Deze in
fraude gespecialiseerde afdeling gaat zich ook toeleggen op fraudes tussen
burgers onderling en tussen burgers en bedrijven. Gedacht wordt aan fraude met
creditcards, boekhoudfraude, verzekeringsfraude en faillissementsfraude. Het OM
hoopt met deze stap 'een bestendige band' op te bouwen met 'relevante
doelgroepen' zoals 'verzekeraars, banken of vervoerders'.
Het OM wil verder de jacht op de georganiseerde
misdaad en criminele vermogens intensiveren. Aan grote ontnemingszaken, waarbij
door criminaliteit verkregen gewin wordt verbeurd, wordt voortaan een aparte
officier van justitie toegevoegd voor financieel onderzoek. Daarnaast worden
zogeheten vermogenstraceerders ingezet, die gedurende het opsporingsonderzoek de
vermogenspositie van de verdachte blijven volgen.
Wegsluizen
Justitie vist de laatste jaren regelmatig achter
het net in grote ontnemingszaken. Volgens advocaat Verbruggen wordt niet meer
dan 15% geïncasseerd, omdat vermogens worden weggesluisd of op andere namen
worden gezet.
Opvallend is verder dat het OM 'zorg' uit over de
opmars van bestuurlijke sancties, zoals boetes van de Autoriteit Financiële
Markten en de Nederlandse Mededingingsautoriteit. De top van het OM vreest dat
de handhaving in den brede 'aan consistentie en geloofwaardigheid'
verliest.
Het meerjarenplan komt eens in de vier jaar
uit.
GERBEN VAN DER MAREL
Copyright (c) 2006 Het Financieele
Dagblad