BEURSWAAKHOND HAD VEEL EERDER MOETEN
WAARSCHUWEN
Frontale aanval op AFM in
aandelenlease-affaire
De Telegraaf 13 juli
2004
door BART MOS
LONDEN,
dinsdag
De Autoriteit Financiële Markten
(AFM) had veel eerder moeten waarschuwen voor de risico's van
aandelenleaseproducten. Zo luidt één van de conclusies van de Commissie
Geschillen Aandelenlease, kortweg de Commissie-Oosting, in haar eindrapport
'Over lenen, leasen en verliezen' dat morgen aan de Tweede Kamer wordt
aangeboden.
Hoewel
AFM de consumenten pas laat heeft gewezen op de gevaren van beleggen met geleend
geld, mogen aanbieders van leaseproducten hieruit niet de conclusie trekken dat
zij de schuld kunnen doorschuiven naar de toezichthouder. "Zij zullen zich niet
kunnen verweren met de stelling dat de toezichthouder mogelijk (ook) nalatig is
geweest", stelt Oosting dan ook in zijn rapport.
Volgens de commissie hebben de
aanbieders hiervoor zelf veel teveel steken laten vallen. Zo misleidden zij
klanten met vage folders, voldeden zij lang niet altijd aan hun wettelijke
zorgplicht en hadden de echtgenotes van de afnemers het leasecontract in veel
gevallen moeten meetekenen om het een rechtsgeldige overeenkomst te laten zijn.
Op basis van deze bevindingen kwam de
commissie tot het algemene voorstel om de restschuld van de honderdduizenden
leasebeleggers voor driekwart kwijt te schelden. Alleen Dexia Bank Nederland zou
op basis van deze regeling kunnen fluiten naar een vordering op haar klanten van
een miljard euro. Voor andere aanbieders zou het volgens de commissie om
aanzienlijk kleinere aderlatingen gaan: Levob € 45 miljoen, Fortis € 40 miljoen,
DSB 18 miljoen en ING € 11 miljoen. Informatie over Aegon wordt in het rapport
niet genoemd, omdat deze verzekeraar zich verzet tegen openbaarmaking van
informatie die in vertrouwen aan de commissie verstrekt is. Maar van een
algemene regeling kwam het dus niet.
De
commissie mislukte onlangs in haar, op verzoek van minister Zalm (Financiën)
ondernomen poging om te komen tot een algemene oplossing voor de penibele
schuldpositie waarin leasebeleggers terecht zijn gekomen. Een schikking tussen
partijen had vele duizenden individuele rechtszaken moeten voorkomen.
In het rapport brengt Oosting verslag
uit van zijn geflopte bemiddelingspoging. In een voorwoord van het rapport doet
de commissie nog wel een oproep aan Dexia Bank Nederland, om als grootste
aanbieder haar maatschappelijke verantwoordelijkheid te nemen en niet aan te
sturen op tienduizenden individuele rechtszaken.
Oosting stelt aan Dexia voor zich neer
te leggen bij de uitspraken die de beroepscommissie van het klachtenloket van de
gezamenlijke banken (DSI) zal doen. Uit het rapport blijkt ook duidelijk dat het
Dexia is geweest die de bemiddelingspoging heeft doen stranden door onder meer
als eis te stellen dat Aegon, waarvan zij in 2000 de gewraakte leaseportefeuille
overnam, zou meebetalen aan de regeling.
De conclusies van het rapport Oosting staan haaks
op de uitspraken die de Amsterdamse rechtbank vorige week deed. Daar strandde
een poging van 90.000 Dexia-klanten om Dexia door de rechter van misleiding te
laten veroordelen. Volgens de commissie hebben de aanbieders van
aandelenleaseproducten hun klanten weldegelijk misleid. "Wij kunnen ons niet aan
de indruk onttrekken dat in informatiefolders in diverse gevallen door het
gebruik van verhullende termen bewust is getracht de kenmerken van het product
te verdoezelen", zo schrijft Oosting. Volgens de commissie wordt in uitspraken
over aandelenleasegeschillen vaak ten onrechte gesteld dat in contracten
'tekstelementen' voorkwamen waaruit het werkelijke karakter van het product kan
worden afgeleid, zoals de algemene waarschuwing over de aanbeleggen verbonden
risico's.
"Wij vragen ons af of erin
dergelijke uitspraken wel voldoende rekening gehouden is dat de afnemers in veel
gevallen niet beschikken over de ervaring met financiële producten of over het
opleidingsniveau om de aard van het betrokken product te kunnen begrijpen."
De commissie wijst in haar rapport ook
op de omstreden saldobewakingsplicht van lease-aanbieders. Volgens de wetgeving
dienen effecteninstellingen in de gaten te houden of de waarde van de
aandelenportefeuille nog voldoende dekking bood voor het daar tegenover staande
geleende bedrag. De AFM stelt zich op het standpunt dat deze
saldobewakingsplicht van toepassing was op aandelenleaseproducten. Aanbieders
bestrijden dit en hebben de bewakingsplicht in de praktijk ook nooit toegepast.
Volgens de commissie is aandelenlease daardoor nog gevaarlijker geworden dan
'gewoon' beleggen met geleend geld via een effectenkrediet. In de tussentijd
heeft de toezichthouder diverse aanbieders op dit punt ontheffing verleend,
omdat veel leaseverliezers gezien hun huidige situatie een grote som geld zouden
moeten bijstorten om aan hun verplichtingen te kunnen
voldoen.