Amsterdam, 23 juni 2005
Betreft: Uw klacht tegen Dexia Bank
Nederland N.V.
Dossiernummer: xxxxx
Geachte heer /
mevrouw,
Enige tijd geleden heeft de Commissie van Beroep DSI uitspraak
gedaan in een zaak over effectenlease. De Klachtencommissie had met de
voortzetting van de behandeling van de zaken tegen Dexia op deze uitspraak
gewacht, omdat het mogelijk was dat de Commissie van Beroep tot een ander
oordeel zou komen dan de Klachtencommissie. Dat is gedeeltelijk ook gebeurd. De
uitspraak van de Commissie van Beroep is te lezen op de website van DSI
(www.dsi.nl, via Beleggers, naar Uitspraken Commissie van Beroep, uitspraak KCHB
2005-91).
Bemiddeling Duisenberg
De Klachtencommissie
was bezig na de uitspraak van de Commissie van Beroep de behandeling van de
zaken weer te hervatten. Inmiddels heeft zich echter een nieuw feit voorgedaan:
de afronding van de bemiddelingspoging van de heer Duisenberg met mogelijk een
nieuw voorstel van Dexia aan de afnemers van een groot aantal
effectenleaseproducten. Dit voorstel is thans voorgelegd aan degenen die zijn
aangesloten bij de stichtingen Leaseverlies en Eegalease. Als deze stichtingen
met het voorstel instemmen, zullen ook andere afnemers van
effectenleaseproducten ervoor kunnen kiezen het voorstel te aanvaarden. Over de
vraag of de stichtingen het voorstel accepteren en over de exacte inhoud van het
voorstel zal deze zomer duidelijkheid ontstaan. Voor meer informatie omtrent het
voorstel verwijzen wij u naar de websites van de Consumentenbond of Stichting
Leaseverlies. (www.consumentenbond.nl,
www.leaseverlies.nl).
Aanhouden
klachtenbehandeling
De Klachtencommissie heeft in het licht van deze
ontwikkeling, en in navolging van de Commissie van Beroep, besloten de
behandeling van de effectenleasezaken tegen Dexia aan te houden tot 30 september
2005. Zij is van oordeel dat het voorstel van Dexia zodanige gelijkenis vertoont
met het heropenen van de onderhandelingen tussen partijen, dat het onwenselijk
is de juridische procedure op dit moment voort te zetten. De klagers dienen de
gelegenheid te hebben om, na kennisneming van de details van het voorstel van
Dexia, een afweging te maken tussen dit voorstel en de voor- en nadelen van
verder procederen. Overigens zal de Commissie de behandeling meteen weer kunnen
hervatten als mocht blijken dat de meerderheid van de aangeslotenen bij de
stichtingen het voorstel afwijst.
De Commissie merkt voor de
duidelijkheid op dat zij klagers niet adviseert over het al dan niet aanvaarden
van het voorstel. Alle klagers die besluiten het voorstel niet te aanvaarden
zullen, als hun klacht bij de Commissie ontvankelijk is (zie over de
ontvankelijkheid van de klachten hieronder), een uitspraak van de Commissie
kunnen verkrijgen. Het al dan niet aanvaarden van de regeling is en blijft dus
een vrije keuze van de betrokken
klager!
Ontvankelijkheid
Het ligt voor de hand dat
veel klagers bij de beslissing om al dan niet op het Duisenberg-voorstel in te
gaan zullen laten meewegen of hun klacht bij de Commissie ontvankelijk is (voor
behandeling in aanmerking komt). Mede doordat in veel dossiers nog belangrijke
gegevens ontbreken, kan de Commissie daarover niet binnen korte tijd uitsluitsel
geven. Om klagers de mogelijkheid te bieden zoveel mogelijk zelf na te gaan of
hun klacht voor behandeling in aanmerking komt in het geval dat zij het voorstel
afwijzen, merkt de Commissie over de ontvankelijkheid van klachten het volgende
op. Het gaat daarbij om algemene gezichtspunten; de uiteindelijke beslissing zal
steeds afhankelijk zijn van de omstandigheden van het individuele
geval.
Voor de ontvankelijkheid zijn twee termijnen van belang.
- De klacht moet aan de Deelnemer bij DSI (hier:
Dexia of Legio Lease) of aan de Commissie zijn voorgelegd uiterlijk één jaar
nadat de klager kennis heeft genomen of redelijkerwijs had kunnen nemen van de
feiten die aan de klacht ten grondslag liggen; en
- De klacht moet aan de
Commissie zijn voorgelegd uiterlijk drie maanden nadat de klacht schriftelijk
door de Deelnemer (Dexia of Legio Lease) is afgewezen of op andere wijze is
gebleken dat geen overeenstemming tussen de Deelnemer en de klager kon worden
bereikt.
Nadere uitleg over de termijnen
Met
betrekking tot de toepassing van de termijnen hanteert de Commissie enkele
vuistregels.
Wat de eerste termijn betreft, verdient opmerking dat deze
niet pas gaat lopen als de betrokken overeenkomst is afgelopen. De feiten die
aan de klacht ten grondslag liggen kunnen ook al eerder duidelijk zijn
geworden, bijvoorbeeld door de publiciteit over sommige
effectenleaseovereenkomsten door en na de uitzending van Tros Radar in maart
2002 en over de oprichting van de Stichting Leaseverlies in april 2002. Aan te
nemen valt dat voor de meeste overeenkomsten de termijn uiterlijk op 1 juni
2003 is verstreken. Als een klager pas na deze datum bij Dexia of bij de
Commissie heeft geklaagd, zal zijn klacht in de regel niet ontvankelijk zijn.
De termijn kan ook eerder zijn afgelopen, bijvoorbeeld indien de betrokken
overeenkomst al vóór mei 2002 met verlies was
geëindigd.
Andere redenen
Een klacht kan bovendien
onder meer ook niet worden behandelda) als deze niet eerst aan de
Deelnemer is voorgelegd;
b) als over de klacht tussen de Deelnemer en de
klager een overeenkomst (schikking) is
gesloten;
c) als over de klacht al
door een rechter of een andere geschillencommissie een uitspraak
is
gedaan.
Bij a) Als een klager binnen de hiervoor besproken termijn van
één jaar direct bij de Commissie heeft geklaagd en niet eerst bij Dexia, zal
de Commissie de klacht alsnog aan Dexia voorleggen. Als Dexia de klacht dan
afwijst, zal de Commissie de zaak alsnog behandelen.
Bij b) Deze
uitzondering is in het bijzonder van belang voor degenen die het zogenaamde
'Dexia-aanbod' hebben aanvaard. Het is de Commissie bekend dat er klagers zijn
die dit aanbod hebben aanvaard, maar die zich op het standpunt stellen dat zij
niet door dit aanbod zijn gebonden, bijvoorbeeld omdat het vernietigbaar is.
De Commissie kan over die kwestie geen uitspraak doen. Dat kan alleen de
gewone burgerlijke rechter.
Burgerlijke
rechter
Mocht de Commissie tot het oordeel komen dat een klacht
niet in behandeling kan worden genomen, dan kan de betrokken klager nog bij de
burgerlijke rechter terecht. De wet bepaalt namelijk dat een klager in ieder
geval nog zes maanden heeft om een zaak bij de burgerlijke rechter te beginnen
nadat hij van de Klachtencommissie heeft gehoord dat zijn klacht niet
behandeld kan worden (art. 316 leden 2 en 3 boek 3 Burgerlijk Wetboek). U
verliest door de tijdelijke aanhouding van de behandeling dus ook in dit
opzicht geen rechten.
Veel klachten
De Commissie
merkt tot slot op dat het aantal op dit moment aan haar voorgelegde klachten
over effectenleasecontracten ongeveer zeven keer zo groot is als het aantal
klachten dat de Commissie normaal in één jaar afdoet. Bovendien worden ook nog
klachten over andere onderwerpen aan de Commissie voorgelegd. De Commissie zal
zich inspannen om in iedere zaak tegen Dexia waarin de behandeling wordt
voortgezet de procedure zo snel mogelijk af te wikkelen en tot een uitspraak
te komen. Afhankelijk van de vraag hoeveel klagers besluiten de procedure bij
de Commissie voort te zetten, is het echter onvermijdelijk dat de afhandeling
van de zaken geruime tijd in beslag zal nemen.
Informeren
Klachtencommissie
Als u besluit op het voorstel van Dexia in te
gaan, en uw klacht daarom in te trekken, stellen wij het op prijs als u dat
aan het secretariaat van de Commissie schriftelijk laat weten, liefst onder
vermelding van bovenvermeld dossiernummer of de nummers van uw contracten bij
Dexia.
U behoeft het de Commissie niet te laten weten als u besluit
niet op het voorstel van Dexia in te gaan. De Commissie gaat ervan uit dat
iedereen die niet aan haar of aan Dexia heeft laten weten dat hij met het
voorstel instemt, ervoor kiest de procedure voort te zetten zodra de Commissie
de behandeling van de zaken hervat.
Nadere
inlichtingen
Wij hopen met deze brief voldoende duidelijk te zijn
geweest. Op de website (www.dsi.nl, via Beleggers naar veel gestelde vragen),
zullen wij een lijst met vragen en antwoorden over de inhoud van deze brief
opnemen. Deze zal worden aangepast zodra zich nieuwe ontwikkelingen voordoen.
Hoogachtend,
Namens de Klachtencommissie,
S.T.P.
Smit
secretaris