Kanttekeningen in de Geld Gids blz 15 nov-dec 1999
Het zal jullie niet verbazen. Het (overheids-) toezicht faalde op
(aanbiedingen van) financiële instellingen. Al in de jaren negentig en erna.
Niet alleen in de aandelenleasezaken waarbij men als argeloze burger werd
verlokt om met allerlei aantrekkelijke aanbiedingen meer met hun spaargeld te
doen. Later bleek men erg risicovol te beleggen met geleend geld dat voor velen
fataal is afgelopen. Ook het spiegelbeeld is op hen uitgeprobeerd. Bij
Kanttekeningen in de Geld Gids blz 15 nov-dec 1999 wordt een
beschrijving gegeven hoe men kredieten aanbood boven de ƒ 50.000,00 zonder
expliciet te melden dat in aandelen werd belegd.
Speculeren met krediet.
Mohr Financieringen, onderdeel
van Frisia, biedt in deze advertentie (augustus 1999 in Geldservice Magazine)
kredieten aan van boven de ƒ 50.000. Het kabinet heeft plannen om de regels voor
deze advertenties aan te scherpen. Voor bedragen lager dan ƒ 50.000 gelden
nu al regels, maar aanbieders ontwijken die door te adverteren voor leningen
boven ƒ50.000. Onderstaande advertentie mag binnenkort niet meer, want ze blinkt
uit door vaagheid.
Het grote manco van de advertentie is dat nergens expliciet staat dat u
niet alleen een lening aangaat, maar ook een aandelenleaseplan. De
geldverstrekker houdt eenderde deel van de lening achter en belegt dat in een
beleggingsfonds. Met de opbrengst wordt te zijner tijd de hele lening afgelost.
Het risico dat de aandelen minder opbrengen, is voor uw rekening. Mohr rept hier
met geen woord over.
De marketing van deze financiële producten
U moet mij
nu echt niet meer wijs maken dat dit alles niet met een vooropgezet plan werd
gedaan. (Peter Paul de Vries van VEB zegt nu over de aandelenleasecontracten dat
dit wel degelijk met een uitgekiende marketingstruc is opgezet
en dat zo heel veel geld van argeloze spaarders is afgetroggeld – uitspraak
in Buitenhof 28 januari 2007). En men keek er naar, keek er naar, er
naar... De financiële macht van banken reikt ver zo is gebleken. En er gebeurde
lange tijd niets. Behalve dan dat gedupeerden nu nog het slachtoffer ervan zijn
en financieel door dit soort financiële instellingen volledig zijn
uitgekleed.
In aansluiting op wat in “Kanttekeningen in de Geld Gids blz 15
nov-dec 1999 - speculeren met krediet” tot uiting komt, is het goed om
te bedenken dat toentertijd de Stichting Toezicht Effectenverkeer (STE) een
duidelijke taak had als toezichthouder op de aandelen- en optiebeurs van de
Amsterdam Exehange (AEX). Sinds 1 januari 1997 controleerde ze de handel en de
handelaars (onder meer banken, commissionairs en effectenhuizen) op de beurs.
Deze toen tandeloze beurswaakhond volgde onder meer de koersvorming van aandelen
en opties, op zoek naar aanwijzingen voor beursfraude zoals handel met
voorkennis. Vond de stichting iets, dan werd dat doorgegeven aan het ministerie
van Justitie (overigens zonder naamsvermelding in publieke bekendmaking). Zo
moest zij ook voorkomen dat iemand profiteerde van kennis die andere beleggers
(nog) niet hadden. Handel met voorkennis genoemd. Een ander belangrijk doel van
de STE was de bescherming van de consument in allerlei financiële zaken. Zij
moest er voor zorgen dat de consument zonder problemen financiële diensten kon
aangaan en moest zorgen voor handhaving van een vergunningstelsel en naleving
van wetten.
Was hun toezicht toereikend?
De STE was meer dan alleen
een politieagent die op de beursvloer patrouilleert. De stichting hield toezicht
op bedrijven die financiële producten en diensten aanboden die te maken hadden
met beleggen in effecten. Het doel was zoals gezegd bescherming van de
consument. De financiële diensten moesten voor de klant doorzichtig zijn. Ze
moesten worden aangeboden door solide bedrijven die duidelijke en eerlijke
informatie gaven over hun producten. De stichting wilde beleggende consumenten
beter beschermen. De reclameregels voor financiële producten waren in de loop
van 1998/1999 al aangescherpt en de STE zou binnen afzienbare tijd ook de
mogelijkheid krijgen om geldstraffen uit te delen.
Het ging onder meer om banken, commissionairs en effectenhuizen die voor
hun klanten aandelen kopen en verkopen, beleggingsadvies gaven of het vermogen
beheerden. Verzekeraars die voor klanten in effecten beleggen, vielen echter
buiten het taakgebied. De effectenafdelingen van banken stonden wel onder
toezicht van de STE.
Bedrijven die onder toezicht staan, moesten maandelijks of per kwartaal hun
cijfers aan de STE doorgeven. Behalve deze controle op de financiële
verslaggeving kon de stichting ook de administratie van een bedrijf periodiek
doorspitten. In een financieel artikel was toen al te lezen:
“… Groot belang hecht de stichting aan een goede
ordervastlegging. Als een consument een koop- of verkooporder geeft,
moet het traject dat die order doorloopt ergens worden vastgelegd. Wanneer en
tegen welke koers zijn de aandelen voor de klant gekocht of verkocht? Handelt u
zelf in aandelen via een bank, dan ziet u enkele van dergelijke gegevens terug
op uw bankafschrift. Sommige delen van het ordertraject ziet u niet terug.
Daarop houdt de STE toezicht. Zo mag een commissionair een klant
aandelen niet leveren voor een hogere koers dan waarop hij ze die dag feitelijk
heeft gekocht…”
De STE zag in hun moeizame handhaving steeds meer toenemende activiteiten
met soms verregaande overtreding van regels door malafide financiële
instellingen overal en zag uit naar de mogelijkheid om snel boetes en
dwangsommen uit te (kunnen) delen. De stichting meende daarmee naleving van de
regels beter te kunnen afdwingen. Er was veelal geen openheid en transparantie.
Ze verwachtte bedrijven sneller op de vingers te kunnen tikken en hun te raken
waar het zeer doet: in de geldbuidel. Andere toezichthouders zouden die macht
ook krijgen. De boetes konden oplopen tot wel een miljoen gulden. Dat bleek
echter geen zoden aan de dijk te zetten, want dat heeft bedrijven er niet van
weerhouden, zelfs niet op straffe van deze boetes, gewoon door te gaan met hun
malafide praktijken als de aandelenlease met verhulde geldlening. (De AFM heeft
later na voortdurende onrust hierover alsnog diverde boetes uitgedeeld o.a. aan
Dexia) Ze deden er wel een verkoopschepje bovenop omdat zij verdergaande
maatregelen natuurlijk wel verwachten. Nu snapt u ook waarom Aegon hun bank
Labouchère met Legio(lease) plotseling in 2000 van de hand wilde doen aan Dexia.
Dan waren ze immers van de verwachte problemen verlost. En na de jarenlange
stijgingen op de beurs kon een negatieve spiraal van dalende koersen ook niet
uitblijven. Des te opvallender is het dat de STE niet meteen op de waarschuwende
brief eind 1998 van de toenmalige baas (George Müller) van de Beurs in
Amsterdam, over het niet transparant opereren met hun aandelenleaseproducten van
Bank Labouchère met Legio-Lease, heeft gereageerd maar volledig heeft
genegeerd.
Bestrijding van malafide bedrijven
De laatste jaren is
de consument overspoeld met nieuwe beleggingsproducten. Niet alle aanbiedingen
komen van bekende aanbieders als banken en verzekeraars.
Er zijn bijvoorbeeld bedrijven bij die niet zelf op de beurs mogen
handelen, maar dat via commissionairs doen. Zo biedt een reeks bedrijven aan uw
vermogen voor u te beheren. Deze bedrijven zoeken rendabele
beleggingsmogelijkheden voor uw geld en houden dit voor u in de gaten. Veel van
deze bedrijven zijn niet tot de beurs toegelaten, maar hebben wel een vergunning
nodig. Deze bedrijven vallen daardoor buiten de controle op de beurshandelaars.
Toch staan ook zij onder toezicht van de STE. Daarnaast heeft de STE te maken
met instellingen die geen vergunning hebben aangevraagd, maar er wel een nodig
hebben. Hoe kan de particuliere belegger het kaf van het koren scheiden? Nu is
dat al veel gemakkelijker om daar achter te komen via de site van de AFM.
Krijgt men nu een telefonische of schriftelijke aanbieding, vraag dan of
het bedrijf een vergunning heeft of ga dit na. Elke financiële dienstverlener
moet die hebben. Heeft het bedrijf geen vergunning, dan staat het niet onder
toezicht. U kunt uw geld dan beter elders beleggen of laten beheren als u dat
tenminste nog wel wilt. Heden ten dage is het vertrouwen in alle financiële
instellingen door de vele ontluisterende schandalen over de woekerpolissen en
aandelenlease contracten bijna volledig verdwenen.
Transparantie en eerlijke informatie
De STE had toen al
een aantal wettelijk afdwingbare regels voor reclame-uitingen en
informatieverschaffing aangescherpt. De gegevens moesten juist zijn en niet
misleidend. De stichting ploos daarvoor onder meer financiële advertenties uit
en stond volgens eigen zeggen open voor reacties van beleggers.
Het gaat niet alleen om geschreven in formatie. De commissionair of
bankadviseur die u aanraadde aandelen van een bepaalde onderneming te kopen,
moest u zo danig informeren dat u een afgewogen beslissing kon nemen. Ging het
om erg grote bedragen, dan kon het in een dergelijk geval verstandig zijn om een
schriftelijk advies (als eventueel bewijsmateriaal voor later) te vragen. (Ook
dat is nu juist in de aandelenleasezaken duidelijk vermeden). En bedrijven die u
met bijvoorbeeld een aandelenleaseconstructie gouden bergen beloofden als u met
hen in zee ging, moesten uitgaan van afgewogen rendementen op basis van behaalde
resultaten in het verleden en met betrekking tot de toekomst. De financiële
bedrijven waren verplicht in advertenties te melden dat ze zijn geregistreerd
bij de STE. Natuurlijk deden ze dat in het verleden ook wel braaf en vermelden
ze de voorgeschreven letterlijke tekst, maar bagatelliseerden dat gelijk weer in
aansluitende zinnen.
Effecteninstellingen waren volgens de Wet toezicht effectenverkeer al
verplicht bepaalde gegevens te verstrekken aan (potentiële) klanten.
Bijvoorbeeld de waarschuwing dat beleggen niet zonder risico is. Nu kunnen ze
zeker vanaf 1999 ook worden aangesproken op de inhoud van hun informatie en
reclame. Leveren bedrijven misleidende, onjuiste informatie, dan kon de STE een
waarschuwing geven en bij herhalingen van de overtreding eventueel de vergunning
van het bedrijf voor effectbemiddeling intrekken. Maar voordat dat gebeurde,
moest een bedrijf het wel heel erg bont gemaakt hebben. Met hoorde daar
nauwelijks iets van.
Machtsmiddelen
Naast De Nederlandsche Bank en de
Verzekeringskamer was de STE de derde toezichthouder in de financiële wereld. De
stichting had naar eigen zeggen meer machtsmiddelen nodig. Weliswaar kon zij de
vergunning van een bedrijf intrekken, maar ze maakte van dat paardenmiddel - het
bedrijf ligt stil, de mensen staan op straat - niet graag gebruik. Als de
stichting al een vergunning introk deed ze dat wel heel geruisloos.
Koersmanipulatie wordt (onopvallend) gedaan door de echte grote professionele
partijen. Ze doen gerichte aan- of verkopen van aandelen en proberen daarmee de
koersen in eigen voordeel te beïnvloeden zodat ze winst behalen. Kleine
beleggers zijn daarbij meestal de verliezende partij. Hoewel in de loop der tijd
verschillende maatregen zijn genomen en zelfs nieuwe wetgeving is gemaakt is dat
helaas voor de meesten gedupeerden als mosterd na de maaltijd gekomen. De STE
zelf is verdwenen en heeft de Autoriteit Financiële Markten (AFM) haar plaats en
taak als toezichthouder overgenomen. We hebben ongelukkigerwijs moeten
vaststellen dat ook deze partij samen met andere toezichthouders danig heeft
gefaald in haar toezichttaken, waardoor er nu op financieel gebied een waar
slachtveld is ontstaan.
PS:
Kanttekeningen in de Geld Gids blz 15 nov-dec 1999 is te
vinden in dezelfde Geld Gids waarin de Consumentenbond het 10 jarige
aandelenleaseproduct Korting Kado - dat exclusief voor relaties van Legio-Lease
tijdelijk werd aangeboden - als meest positieve aandelenleaseproduct heeft
aangegeven. Met een kans op 0 % negatief rendement, kans op 100% rendement
groter dan 20% en kans op 0% bijbetaling na afloop van het contract. Dat artikel
is te vinden onder de titel: Diepe dalen tussen gouden bergen. blz 30 en 31.
Hier is een kansberekening voor vijf recente aandelenleaseplannen
gegeven.