VERDER VERLOOP VAN
DE PROCEDURE
Op 20 juni 2007 is een tussenvonnis gewezen waaraan de
kantonrechter zich houdt.
Ter uitvoering van voornoemd vonnis zijn de volgende
stukken ingediend:
van de zijde van [X]:
- een brief van 17 september
2007 met een akte ten behoeve van de comparitie van partijen. niet producties,
met daarin antwoord op de bij liet tussenvonnis van 20 juni 2007 gestelde
vragen:
- een faxbrief van 20 september 2007. met een nadere
productie:
van de zijde van Dexia:
- een faxbrief van 17
september 2007 met een akte overlegging gegevens, tevens wijziging van eis in
reconventie, met producties.
Vervolgens is vonnis bepaald.
Gronden van de beslissing
1.1. De stellingen in conventie en in reconventie
zullen zoveel mogelijk gezamenlijk behandeld worden,
1.2. In zijn tussenvonnis van 20 juni 2007 heeft
de kantonrechter merwogen dat nadere informatie diende te worden ingewonnen
omtrent hetgeen onder punt 11.10 en 11.11 van dat vonnis is
vermeld.
1.3. Ter comparitie is gebleken dat [X] in 1999
een leeftijd van 53 jaar had. Zij had de HBO Maatschappelijk Werk afgerond en
was werkzaam als consulent integratie dienstverlening voor ouders van kinderen
met een verstandelijke handicap. Het netto maandinkomen van [X] bedroeg in de
jaren 1999 tot en met 2001 ongeveer € 1.350.-. Er was sprake van een vermogen
van circa € 7.500.- dat is besteed aan een deel van de onderhavige
leaseovereenkomsten. [X] had vóór oktober 1999 geen relevante ervaring met
beleggen. Zij heeft met betrekking tot de leaseovereenkomsten fiscaal voordeel
genoten.
Nakoming zorgplicht en toerekening van het
nadeel
1.4. Zoals is vastgesteld in voormeld tussenvonnis
van 20 juni 2007 brengt het niet nakomen door Dexia van haar zorgplicht met zich
dat Dexia aansprakelijk is voor het daarvan door [X] ondervonden nadeel. Daarbij
is tevens overwogen dat de in voormeld tussenvonnis bedoelde schatting en
toerekening van het nadeel aan ieder van partijen dienen plaats te vinden op
basis van de specifieke omstandigheden van het geval, in welk kader de
kantonrechter een aantal categorieën van afnemers onderscheidt.
1.5. Op basis van de omstandigheden zoals die
hiervoor onder 1.3. zijn vermeld, is voor [X] categorie 2 van toepassing. Dit
betekent dat naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid 70% van het nadeel
voor rekening van Dexia dient te komen en het resterend percentage (30%) voor
rekening van [X] komt. De kantonrechter heeft hierbij mede in aanmerking genomen
de door [X] onweersproken stelling dat zij de leaseovereenkomsten is aangegaan
teneinde een oudedagsvoorziening te treffen.
1.6. Zoals vastgesteld in voormeld tussenvonnis
van 20 juni 2007 gaat de kantonrechter bij de onderhavige leaseovereenkonisten
met een looptijd langer dan 60 maanden voor de berekening van het nadeel uit van
een fictieve looptijd van 60 maanden. Hieruit volgt dat in
termijnbetalingsverplichtingen, die eventueel na deze 60 maanden resteren, niet
tot het nadeel zullen worden gerekend.
1.7. Voor wat betreft de berekening van het nadeel
wordt verwezen naar de bijlage gehecht aan dit vonnis (hierna: de bijlage). In
het onderhavige geval komt het nadeel per leaseovereenkomst neer op hel bedrag
dat in de bijlage achter het eontractnummer van de betreffende overeenkomst
onder 'termijnen' staat vermeld te vermeerderen met het daarachter onder
'restant hoofdsom' vermelde restant van de hoofdsom van de geldlening, en te
verminderen met de vervolgens onder 'opbrengst" vermelde opbrengst van de
geleasde effecten, en niet het onder 'dividenden' vermelde bedrag wegens in
verband met die overeenkomst ontvangen en verrekende dividenden.
1.8. Het totale nadeel per leaseovereenkomst
bedraagt derhalve het bedrag dat in de bijlage achter het contractnummer van de
betreffende overeenkomst onder 'totaal nadeel' staat vermeld. Hiervan dient,
gelet op het in 1.5. genoemde percentage, een bedrag voor rekening
van [X] te
blijven gelijk aan het daarachter onder 'voor rekng afnemer' genoemde
bedrag.
1.9. Door [X] is in het kader van de
leaseovereenkomsten per leaseovereenkomst een bedrag betaald gelijk aan het
achter het contractnummer van de betreffende overeenkomt onder 'betaald'
vermelde bedrag. Hierop dienen in mindering te worden gebracht de ontvangen
dividenden als vermeld onder 'ontvangen dividenden' en het hiervoor berekende
bedrag dat voor rekening van [X] dient te blijven, zodat Dexia per saldo aan [X]
dient te voldoen het per overeenkomst onder 'te ontvangen' vermelde bedrag, met
idien verstande dat indien daar een negatief bedrag staal vermeld dit door [X]
aan Dexia dient te worden betaald. Gelet op het door [X] bij antwoord in
reconventie gedane beroep op verrekening betekent dit dat Dexia aan [X] dient te
betalen een totaalbedrag van
f 2.039.02 minus {€ 192.27 en 227.45 =) € 419.72
minus (€ 26.80 \ 5 =) € 134.00 = € 1.485.30.
Wettelijke rente
1.10. Met betrekking tot de wettelijke rente heeft Dexia
nog aangevoerd dat zij eerst in verzuim heeft kunnen geraken na in gebreke te
zijn gesteld. De kantonrechter kan Dexia hierin niet volgen. Immers, Dexia heeft
de op haar rustende zorgplicht, na schending daarvan vóór de totstandkoming van
de leaseovereenkomsten, nadien niet meer deugdelijk kunnen nakomen. In die zin -
en ook overigens - is voor het intreden van verzuim niet vereist dat Dexia in
gebreke is gesteld. Aangezien voorts het als gevolg van de schending van de
zorgplicht geleden nadeel is ontstaan met de aan Dexia gedane betalingen, dient
voor de bepaling van de ingangsdatum van de wettelijke rente re worden uitgegaan
van de data waarop [X] haar betalingen aan Dexia heeft verricht (zie in deze zin
het gerechtshof te Amsterdam, 24 mei 2007. LJN: BA5684). Hierbü dient tevens in
ogenschouw te worden genomen dat het in dit verband in aanmerking te nemen
nadeel niet alleen bestaat uit door [X] betaalde termijnen, maar ook uit nog
verschuldigde doch niet betaalde termijnen en restschuld. Dit brengt mee dat de
betalingen van [X] niet geheel, maar voor een deel in aanmerking worden genomen.
Met in aanmerking te nemen deel is een breuk, waarbij de teller wordt gevormd
door het bedrag dal [X] dient terug te ontvangen en de noemer door het bedrag
dat [X] ter zake van de leaseovereenkomst aan Dexia heeft betaald. De aldus voor
de berekening van de wettelijke rente in aanmerking te nemen hoofdsom is te
stellen op het in de bijlage achter 'contractnr 59106025' onder'% rente"
vermelde percentage van de termijnen, telkens vanaf hun betaaldata.
Schadevergoeding
1.11. De overigens door [X] gevorderde schadevergoeding
en kosten, althans verwijzing naarde schadestaatproccdure. wordt afgewezen. De
in verband daarmee gestelde feiten en omstandigheden, de negatieve financiële
gevolgen voor [X] daaronder begrepen, zijn verdisconteerd in het oordeel omtrent
de verplichtingen die naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid thans
tussen partijen hebben te gelden.
Buitengerechtelijke kosten
1.12. De gevorderde buitengerechtelijke kosten worden
toegewezen berekend over het toegewezen bedrag naar het bij deze sector kanton
gebruikelijke tarief, neerkomende op t 800.-.
1.13. De overige stellingen van partijen in conventie
behoeven geen behandeling meer.
Vordering in (voorwaardelijke)
reconventie
1.14. Uit het voorgaande volgt dat de door Dexia
ingestelde reconvcnlionele vordering dient te worden afgewezen. De in verband
daarmee gestelde gronden, feiten en omstandigheden zijn verdisconteerd in het
oordeel in conventie omtrent de verplichtingen die naat maatstaven van
redelijkheid en billijkheid thans tussen partijen hebben te gelden.
1.15. De door Dexia voorwaardelijk ingestelde
reeonventionele vordering /.al niet worden behandeld omdat de voorwaarde
waaronder de/e is ingesteld niet is vervuld.
Proceskosten
1.16. Dexia dient als grotendeels in het ongelijk
gestelde partij te worden veroordeeld in de kosten van het geding in conventie
en in reconventie.
BESLISSING
De kantonrechter:
in conventie
I. verklaart voor recht dat
Dexia de zorgplicht jegens [X] heeft geschonden:
II. veroordeelt Dexia om aan [X] te
betalen:
(i) €
1.485.30. te vermeerderen met de wettelijke rente berekend over
35.5°o
van elke betaling vanaf de
respectievelijke betaaldata van de maandtermijnen
tot aan de dag der
algehele voldoening:
(ii) € 800.-
aan buitengerechtelijke incassokosten:
III. veroordeelt Dexia in de kosten van de
procedure, aan de zijde van [X] gevallen, tot op heden begroot op:
voor
verschuldigd
griffierecht
€ 241,00
voor het exploot van
dagvaarding
€ 83,78
voor salaris van
gemachtigde
€ 400,00
In
totaal
€ 724,78
een en ander, voor zover verschuldigd,
inclusief BTW:
IV. verklaart deze veroordelingen
uitvoerbaar bij voorraad:
V. wijst af het meer of anders
gevorderde:
in reconventie
VI. wijst de vordering
af:
VII. voordeelt Dexia in de kosten van de
procedure aan de zijde van [X] gevallen. lot op heden begroot op €
100.-.
Aldus gewezen door mr. R.A.J. van der Linde,
kantonrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 16 januari 2008
in tegenwoordigheid van de griffier.
Ingescant en bewerkt naar HTML Copyright (C) Stichting PAL