Het gebruik maken van onderstaande uitspraak bij eventuele publicatie, is alleen toegestaan indien de gehele URL wordt overgenomen. Het kopieren van deze uitspraak en het plaatsen hiervan op een site is zonder toestemming van de Stichting PAL, uitdrukkelijk verboden.
vonnis
RECHTBANK AMSTERDAM
Sector Kanton
Locatie Amsterdam
Rolnummer: 841878 DX EXPL
07-142
Vonnis van: 11 juni 2008
F.no.: 582
Vonnis van de
kantonrechter
inzake
[X],
nader te noemen
[X],
wonende te [woonplaats],
eiseres,
gemachtigde: mr. G. van
Dijk,
tegen
de naamloze vennootschap DEXIA BANK
NEDERLAND N.V.,
nader te noemen Dexia,
gevestigd te
Amsterdam,
gedaagde,
gemachtigde: dw. P. Swier.
Procedure
De volgende processtukken zijn
ingediend:
- de dagvaarding van 29 juni 2005,
met producties;
- de incidentele conclusie tot
verwijzing van Dexia, met producties.
Daarna heeft Dexia bij akte schorsing van de
procedure aangezegd krachtens de Wet collectieve afwikkeling massaschade (WCAM).
Bij rolmededeling van 23 mei 2006 is vastgesteld dat de procedure is geschorst.
Na de zogenoemde WCAM-beschikking van 25 januari 2007 van het gerechtshof te
Amsterdam heeft [X] een afschrift overgelegd van de opt-out verklaring als
bedoeld in artikel 7:908 lid 2 Burgerlijk Wetboek (BW), waarin zij verklaart
niet aan de verbindendverklaring gebonden te willen zijn. Naar aanleiding
daarvan is beslist dat de onderhavige procedure wordt hervat.
Vervolgens zijn
ingediend:
- de conclusie van antwoord van [X]
op de incidentele vordering, met producties;
-
de akte uitlating producties van Dexia.
Bij vonnis in het incident van 16 januari 2008 is
de vordering van Dexia tot verwijzing afgewezen.
Vervolgens is
ingediend:
- de conclusie van antwoord van
Dexia, met producties.
Bij tussenvonnis van 5 maart 2008 is bepaald dat
ieder van partijen nog bij akte nadere inlichtingen diende te
verstrekken.
Vervolgens is ingediend:
een antwoordakte na
tussenvonnis van Dexia, met één productie;
[X] heeft geen gebruik gemaakt van de
mogelijkheid een akte in te dienen. Dexia heeft geen bezwaar gemaakt tegen het
voornemen van de kantonrechter om na de conclusie van antwoord na aktewisseling
vonnis te wijzen.
Daarna is vonnis bepaald op heden.
Gronden van de
beslissing
1.
Feiten
Als gesteld en onvoldoende weersproken staat
vast:
1.1. Dexia is de rechtsopvolgster
onder algemene titel van Bank Labouchere N.V (hierna: Labouchere). Waar hierna
sprake is van Dexia wordt haar rechtsvoorgangster daaronder mede
begrepen.
1.2. [X] heeft de volgende
lease-overeenkomsten ondertekend waarop zij als lessee stond vermeld, met als
wederpartij Labouchere (hierna: respectievelijk leaseovereenkomst 1, 2 en
gezamenlijk de lease-overeenkomsten):
Nr. Contractnr.
Datum Naam overeenkomst
Leasesom Looptijd Termijnbedrag
1
29485885 08.12.00
WinstVerDriedubbelaar € 47.167,80 36 mnd €
227,23
2 75340150
18.07.01 Winst VerDriedubbelaar € 4.724,76 36
mnd € 22,76
1.3. Dexia heeft eindafrekeningen
opgesteld met de volgende resultaten:
Nr. Datum eindafrekening
Resultaat Aan Dexia
voldaan:
1
05.12.2003
€-26.863,13 Ja, op 08.01.04
2
19.07.2004
€-2.184,79 Ja, op 13.08.04
1.4. Voor wat betreft het in totaal
aan Dexia betaalde bedrag, het totaalbedrag aan ontvangen en/of verrekende
dividenden en andere gegevens per lease-overeenkomst wordt verwezen naar de aan
dit vonnis gehechte bijlage (hierna: de bijlage).
1.5. Bij het aangaan van de
lease-overeenkomsten was [X] gehuwd met [Y] (hierna [Y]). Bij brief van 12
februari 2003 heeft [Y] met een beroep op artikel 1:89 BW de nietigheid
ingeroepen van de lease-overeenkomsten, althans vernietiging in rechte
aangekondigd, en terugbetaling gevorderd binnen een termijn van veertien
dagen.
2. Vorderingen
[X] in conventie
[X] vordert bij vonnis, voor zover thans van
belang:
1. te verklaren voor
recht dat [X] recht heeft op terugbetaling van al hetgeen zij in het kader van
de lease-overeenkomsten aan Dexia heeft betaald, en wel op grond van
vernietiging vanwege het ontbreken van toestemming [Y] in de zin vanartikel 1:88
BW;
2. Dexia te veroordelen
tot betaling van € 38.047,67 te vermeerderen met de wettelijke rente over dit
bedrag, althans de som van alle door [X] aan Dexia betaalde bedragen te
vermeerderen met de wettelijke rente over deze bedragen vanaf de dag van de
betalingen tot aan de dag der algehele voldoening;
3. te bewerkstelligen dat
Dexia binnen twee weken na betekening van het in dezen te wijzen vonnis de
registratie van [X] bij het Bureau Kredietregistratie te Tiel, althans de aan
die registratie gekoppelde achterstandcodering, ongedaan wordt gemaakt, zulks op
straffe van een dwangsom van € 500,= voor iedere dag dat Dexia daarmee in
gebreke blijft met een maximum van € 20.000,=;
4. Dexia te veroordelen
tot betaling van [X]s werkelijke proceskosten, althans tot betaling van de door
de rechtbank in goede justitie vast te stellen proceskosten.
3. Standpunten
[X] in conventie
3.1. [X] stelt, voor zover voor de
beoordeling van belang, dat de leaseovereenkomsten moeten worden aangemerkt als
huurkoop in de zin van artikel 7A: 1576h BW en derhalve als koop op afbetaling
in de zin van artikel 7A.1576 BW en dus de toestemming behoefden van [Y]
ingevolge artikel 1:88 lid 1 sub d BW. Omdat [Y] deze (schriftelijke)
toestemming niet verleend heeft, heeft [Y] de lease-overeenkomsten rechtsgeldig
kunnen vernietigen.
3.2. [X] vordert terugbetaling van
alle uit hoofde van de lease-overeenkomst aan Dexia betaalde
bedragen.
3.3. Volgens [X] is Dexia wettelijke
rente verschuldigd over alle betaalde bedragen vanaf de respectievelijke
betaaldata.
4. Standpunten
Dexia
4.1. Dexia voert gemotiveerd verweer
tegen de vorderingen van [X].
5. Beoordeling
van de vorderingen
5.1. Waar nodig zal hierna nader
worden ingegaan op de stellingen en verweren van partijen. Geoordeeld wordt als
volgt.
5.2. In het vonnis van deze rechtbank
van 27 april 2007, LJN nummer BA3914, en het arrest van de Hoge Raad van 28
maart 2008, LJN BC2837 zijn voor soortgelijke geschillen een aantal rechtsvragen
beantwoord en beoordelingsmaatstaven gegeven, die de kantonrechter overneemt. In
essentie komt dit in de onderhavige zaak neer op het volgende: -
Lease-overeenkomsten als de onderhavige worden aangemerkt als huurkoop.
De
kantonrechter is derhalve bevoegd.
5.3. Artikel 1:88 lid 1 onder d BW is
op deze lease-overeenkomsten van toepassing. Nu volgens artikel 7A: 1576i BW
huurkoop bij akte wordt aangegaan, diende de daar bedoelde toestemming voor de
lease-overeenkomsten ook schriftelijk te worden gegeven. Aangezien deze
schriftelijke toestemming ontbreekt, had [Y] de bevoegdheid een beroep te doen
op de hier bedoelde vernietigbaarheid.
5.4. Nu sprake is van een
rechtsgeldige vernietiging dienen alle betalingen van [X] aan Dexia ter zake van
de lease-overeenkomsten te worden gerestitueerd, verminderd met hetgeen [X] uit
hoofde van de lease-overeenkomsten van Dexia heeft ontvangen. De kantonrechter
gaat uit van de gegevens zoals die door Dexia bij akte zijn verstrekt nu [X]
deze gegevens niet heeft betwist.
5.5. De gevorderde wettelijke rente
is toewijsbaar over het in 5.4. bedoelde saldo van de door Dexia te restitueren
betalingen vanaf het moment waarop Dexia met de terugbetaling in verzuim was,
zijnde het moment waarop de door [Y] in haar onder 1.5 bedoelde brief genoemde
betalingstermijn verstreek, derhalve met ingang van 27 februari 2003. [X] heeft
ter zake van lease-overeenkomst 2 in deze periode ook dividenden ontvangen. Dit
brengt mee dat ter zake van lease-overeenkomst 2 de betalingen van [X] voor de
berekening van de wettelijke rente niet geheel maar voor een deel in aanmerking
worden genomen. Het in aanmerking te nemen deel is een breuk, waarbij de teller
wordt gevormd door het bedrag dat [X] na 27 februari 2003, per saldo aan Dexia
heeft betaald (betalingen minus ontvangen dividenden en andere uitkeringen) en
waarbij de noemer wordt gevormd door het totale bedrag dat [X] aan Dexia heeft
betaald.
5.6. De vordering met betrekking tot
de BKR-registratie zal worden toegewezen met matiging en maximering van de
dwangsom.
5.7. De overige stellingen van
partijen behoeven geen behandeling meer.
5.8. Gelet op het vorenstaande heeft
[X] geen belang meer bij de door haar gevorderde verklaringen voor
recht.
5.9. Gelet op de uitslag van de
procedure dient Dexia te worden veroordeeld in de kosten van het
geding.
5.10. Nadat aan dit vonnis is voldaan
zullen partijen geen verplichtingen meer jegens elkaar hebben uit de onderhavige
rechtsverhouding(en). De eigendom van de in het kader van de
lease-overeenkomsten gekochte effecten is bij Dexia verbleven.
Beslissing
De kantonrechter:
I. veroordeelt Dexia om
aan [X] te betalen
ter zake van lease-overeenkomst
1
€ 34.809,30 als hoofdsom; te vermeerderen met
- de wettelijke
rente vanaf 27 februari 2003 berekend over de tot op dat moment verschuldigde
hoofdsom van € 5.673,87 tot aan de dag der algehele voldoening;
- de
wettelijke rente over € 26.863,13 vanaf 8 januari 2004 tot aan de dag der
algehele voldoening;
ter zake van lease-overeenkomst 2
€
2.905.32 als hoofdsom; te vermeerderen met
- de wettelijke rente vanaf 27
februari 2003 berekend over de tot op dat moment
verschuldigde hoofdsom van €
409,68 tot aan de dag der algehele voldoening;
- de wettelijke rente over
80,53% van elke maandelijkse betaling van € 22,76 na 27 februari 2003 voldaan
telkens vanaf de betaaldatum, tot aan de dag der algehele voldoening;
- de
wettelijke rente over € 2.184,79 vanaf 13 augustus 2004 tot aan de dag der
algehele voldoening;
II. veroordeelt Dexia in de
kosten van de procedure, aan de zijde van [X] gevallen,
tot op heden begroot
op:
voor verschuldigd
griffierecht
€ 192,00
voor salaris van
gemachtigde €
600,00
totaal €
792,00
een en ander, voor zover verschuldigd, inclusief BTW;
III. veroordeelt Dexia om binnen
veertien dagen na betekening van dit vonnis het Bureau Kredietregistratie te
Tiel te berichten dat [X] geen verplichtingen uit de leaseovereenkomsten meer
heeft, op straffe van een dwangsom van € 100,00 voor elke dag dat Dexia niet aan
deze veroordeling voldoet tot een maximum van
€ 10.000,00;
IV. wijst af het meer of anders
gevorderde.
Aldus gewezen door mr. A. van Dijk,
kantonrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 11 juni 2008 in
tegenwoordigheid van de griffier.
Ingescant en bewerkt naar HTML Copyright (C) Stichting PAL