Het gebruik maken van onderstaande uitspraak bij eventuele publicatie, is alleen toegestaan indien de gehele URL wordt overgenomen. Het kopieren van deze uitspraak en het plaatsen hiervan op een site is zonder toestemming van de Stichting PAL, uitdrukkelijk verboden.

vonnis
 
RECHTBANK MIDDELBURG
 
Sector kanton
 
Locatie Middelburg
 
zaak/rolnr.:  170229 / 08-2773
 
vonnis van de kantonrechter d.d. 24 november 2008
 
in de zaak van
 
de rechtspersoon naar Iers recht
Varde Investments (Ireland) Limited,
gevestigd te Dublin, Ierland,
met gekozen woonplaatsen te Spijkenisse, Rotterdam, Schiedam, Dordrecht en Sommelsdijk,
eisende partij,
verder te noemen: Varde,
gemachtigde: mr. G.J. Schras,
 
tegen:
 
[X],
wonende te [woonplaats],
gedaagde partij,
verder te noemen: [X],
in persoon.
 
het verloop van de procedure
 
De procedure is als volgt verlopen:
- dagvaarding van 23 juni 2008,
- mondeling en schriftelijk antwoord,
- conclusie van repliek,
- schriftelijke toelichting.
 
de beoordeling van de zaak
 
1.         Varde heeft betaling gevorderd van € 22.497,71 met rente. De dagvaarding bevat weliswaar gronden voor deze eis, maar dan in de vorm van algemene meerkeuze-stellingen. Voor bijzonderheden wordt telkens verwezen naar bijlagen. Het aan Varde bekende verweer van [X] is in strijd met artikel 111, lid 3, niet in de dagvaarding opgenomen. Wederom in de vorm van algemene meerkeuze-stellingen worden allerlei mogelijke weren in de dagvaarding door Varde weersproken. Het is kennelijk de bedoeling van de steller van de dagvaarding dat de wederpartij en de kantonrechter uit alle algemene stellingen zelf die zullen kiezen die van toepassing zijn. Een dergelijke wijze van procederen is in strijd met een goede procesorde. Varde dient ondubbelzinnig de toepasselijke gronden voor haar eis in de dagvaarding uiteen te zetten en de daarvoor relevante feiten concreet in de dagvaarding zelf te stellen. Varde heeft dat niet gedaan.
 
2.          Gelet op het voorgaande zou de dagvaarding nietig moeten worden verklaard, ware het niet dat [X] zich niet op de nietigheid heeft beroepen. Door [X] zijn de relevante feiten alsnog duidelijk geworden. De kantonrechter zal zich richten op hetgeen Varde bij conclusie van repliek concreet heeft gesteld. Algemene stellingen in de dagvaarding die bij repliek niet zijn herhaald, worden geacht te zijn prijsgegeven. Want het is aan Varde om de gronden van haar eis behoorlijk uiteen te zetten.
 
3.          De volgende feiten zijn komen vast te staan:
[X] heeft op 25 mei 2000 bij Legio Lease een effectenleaseovereenkomst afgesloten met de naam WinstVerDriedubbelaar, nr. 74413641. Ingevolge dat contract werd met geleend geld belegd in aandelen. Dat ging fout en daarom is [X] ingegaan op het zogenaamde Dexia Aanbod. Hij heeft op 3 juni 2003 een akte tot contractsverlenging met 36 maanden ondertekend.
Legio Lease is de handelsnaam van Bank Labouchère N.V. Varde heeft de vordering op [X] gecedeerd gekregen van Dexia Bank Nederland B.V., die de rechts-opvolgster is van Bank Labouchère N.V.
 
4.          Varde heeft bij repliek gesteld:
Ondanks herhaalde sommatie heeft [X] nagelaten zich aan zijn verplichtingen voortvloeiende uit de d.d. 3 juni 2003 ondertekende overeenkomst te houden. [X] verkeert in verzuim. De Bank [Dexia] heeft de overeenkomst tussentijds beëindigd en heeft [X] daarover schriftelijk geïnformeerd. Varde heeft hierbij een ongedateerde brief met een ongedateerde eindafrekening in kopie in het geding gebracht. Op de eindafrekening is vermeld: "koers(en) per 15-06-2004".
 
5.          Varde gaat hierbij volledig voorbij aan het verweer van [X] dat Dexia in strijd met de contractsverlenging aanstonds is overgegaan tot verkoop van de geleaste effecten. Uit door [X] in fotokopie overgelegde produkties, waarvan de inhoud door Varde niet is betwist blijkt het volgende:
Bij brief van 2 juli 2003 heeft Dexia aan [X] meegedeeld dat de geleaste effecten met verlies zijn verkocht en dat hij voor de restschuld ad € 20.549,76 in aanmerking komt voor 58 Dexia Aanbod Callopties. Bij brief van 21 juli 2003 heeft Dexia aan [X] bevestigd dat hij tijdelijk betalingsregeling heeft aanvaard, die is omgezet in een Renteloze Lening ad € 20.400,21, waarmee de restschuld wordt afgelost. Bij brief d.d. 7 augustus 2003 heeft Dexia aan [X] bevestigd dat hij 58 Dexia Aanbod Callopties heeft verkregen. Bij aangetekende brief d.d. 20 augustus 2003 heeft [X] aan Dexia meegedeeld dat hij heeft gekozen voor de verlenging van zijn contract en niet voor callopties en ook niet voor een renteloze lening. Bij brief van 12 september 2003 heeft Dexia aan [X] meegedeeld dat de beantwoording van zijn brief door grote drukte enige tijd in beslag zal nemen. Bij aangetekende brief d.d. 1 oktober 2003 heeft [X] aan Dexia meegedeeld dat hij zijn betalingsverplichtingen opschort totdat er duidelijkheid komt. Vervolgens ontving [X] van Dexia aanmaningen voor een contract nr. 77704582. Bij aangetekende brief d.d. 23 november 2003 heeft [X] aan Dexia meegedeeld dat dat contract betrekking heeft op een renteloze lening, maar dat hij destijds heeft gekozen voor contractsverlenging. Vervolgens ontving [X] van Dexia aanmaningen en ingebrekestellingen terzake van contract nr. 74413641.
 
6.         De kantonrechter stelt vast dat Dexia aan [X] nooit duidelijkheid heeft verschaft. Gelet op de voormelde brief d.d. 2 juli 2003 moet er vanuit worden gegaan dat de door [X] geleaste effecten aanstonds zijn verkocht. Zonder nadere toelichting - die ontbreekt - is niet in te zien hoe het verlengde contract nr. 74413641 na de verkoop van de geleaste effecten nog zou kunnen worden voortgezet. Uiteraard behoeft [X] niet de gevolgen te dragen van de verkoop van de geleaste effecten met aanzienlijk verlies, terwijl verlenging van het effectenleasecontract is overeengekomen teneinde dit verlies zo mogelijk met toekomstige koersstijgingen te compenseren.
 
7.         Uit het voorgaande volgt dat de vordering van Varde moet worden afgewezen. Varde zal in de proceskosten worden verwezen, maar aangezien [X] in persoon en voornamelijk schriftelijk heeft geprocedeerd, zullen zijn kosten worden begroot op nihil.
 
DE BESLISSING
 
De kantonrechter:
 
wijst de vordering af;
 
veroordeelt Varde in de kosten van het geding, welke aan de zijde van [X] tot op heden worden begroot op nihil.
 

Dit vonnis is gewezen door mr. M.J.M. Klarenbeek, kantonrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 24 november 2008 in tegenwoordigheid van de griffier.

Ingescant en bewerkt naar HTML Copyright (C) Stichting PAL