Het gebruik maken van onderstaande uitspraak bij eventuele publicatie, is alleen toegestaan indien de gehele URL wordt overgenomen. Het kopieren van deze uitspraak en het plaatsen hiervan op een site is zonder toestemming van de Stichting PAL, uitdrukkelijk verboden.
vonnis
RECHTBANK HAARLEM
Sector civiel recht
zaaknummer / rolnummer: 140342 / HA ZA
07-1327
Vonnis van 26 januari 2011
in de zaak van
1.
[X],
wonende te [woonplaats],
2.
[Y],
wonende te [woonplaats],
eisers,
advocaat mr. A.P.
Kranenburg,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte
aansprakelijkheid
FALCON LEVEN B.V.,
gevestigd te
Amsterdam,
gedaagde,
advocaat mr. S.Y.Th. Meijer.
Partijen zullen hierna [X] c.s. en Falcon genoemd
worden.
1. De
procedure
1.1. Het verloop van de procedure blijkt
uit:
- het tussenvonnis van 14 juli 2010
- de akte van Falcon van 25
augustus 2010
- de akte houdende uitlating tevens houdende vermeerdering van
eis van [X] c.s. van 25 augustus 2010
- de antwoord akte van Falcon van 8
september 2010
- de nadere akte tevens houdende wijziging eis van [X] c.s.
van 6 oktober 2010
- de antwoord akte van Falcon van 20 oktober
2010.
1.2. Ten slotte is vonnis
bepaald.
2. De verdere
beoordeling
2.1. Bij tussenvonnis van 17 juni 2009 heeft
de rechtbank geoordeeld dat het door [X] c.s. gedane beroep op dwaling slaagt
ten aanzien van het hefboomeffect en het prognoserendement. Voorts heeft de
rechtbank in genoemd tussenvonnis onder ro 4.16 overwogen dat zij niet bevoegd
is de overeenkomst te vernietigen, indien de gevolgen van de overeenkomst
zodanig worden gewijzigd dat deze wijziging het door [X] c.s. bij ongewijzigde
instandhouding geleden en te lijden nadeel op afdoende wijze opheft. De
rechtbank heeft Falcon vervolgens in de gelegenheid gesteld tot nadere
onderbouwing van haar stelling dat het door haar gedane voorstel het nadeel voor
[X] c.s. op afdoende wijze opheft.
Bij akte van 30 september 2009 heeft
Falcon een (nader) voorstel gedaan tot wijziging van de gevolgen van het
Levensplan.
De rechtbank heeft bij tussenvonnis van 14 juli 2010 onder r.o.
2.14 overwogen dat het door Falcon gedane voorstel ter opheffing van het nadeel
van [X] c.s. (in beginsel) kan worden aangemerkt als een voorstel in de zin van
artikel 6:230 lid 1 BW. De rechtbank heeft voorts overwogen behoefte te hebben
aan voorlichting door een onafhankelijke deskundige teneinde te kunnen
beoordelen of het door Falcon gedane voorstel op afdoende wijze het nadeel voor
[X] c.s. opheft.
2.2. Uit de door partijen
na het tussenvonnis van 14 juli 2010 gewisselde aktes blijkt dat [X] c.s. het
door Falcon na het tussenvonnis aangepaste wijzigingsvoorstel heeft
geaccepteerd. Gelet hierop achten partijen een deskundigenbenoeming niet langer
opportuun,
2.3. Waar [X] c.s. zich op het
standpunt stelt dat het wijzigingsvoorstel van Falcon zijn nadeel op afdoende
wijze opheft, zal de rechtbank hem daarin volgen. Deskundige voorlichting is bij
die stand van zaken niet langer nodig.
Gewijzigde eis
2.4. De
laatstelijk bij akte van 6 oktober 2010 gewijzigde eis van [X] c.s.
luidt:
Dat de rechtbank bij vonnis, voor zover mogelijk
uitvoerbaar bij voorraad:
(primair) zal verklaren voor recht dat de tussen
partijen gesloten LevensPlan-overeenkomst
op de voet van art.6:230 lid 1 BW
is gewijzigd, althans (subsidiair) deze overeenkomst op
de voet van art.6:230
lid 2 BW zal wijzigen, in die zin dat:
-Falcon tevens is gehouden om het
aantal units, dat nodig is om het nadeel door het
hefboomeffect (met
inachtneming van het feit dat de overlijdensrisicodekking in 2005
is
beëindigd) op te heffen, toe te voegen aan het Levensplan;
-hetgeen
dient te geschieden door, binnen 7 dagen na dagtekening van het in deze te
wijzen
vonnis, 8,631 basisunits en 75,485 cumulerende units aan het
Levensplan toe te voegen;
-Falcon tevens is gehouden het aantal units, dat
nodig is om het nadeel door de onjuiste
prognose (gedurende de
hele looptijd van het Levensplan) op te heffen, toe te voegen aan
het
Levensplan;
-hetgeen dient te geschieden door, binnen 7 dagen na dagtekening
van het in deze te wijzen
vonnis, aan het Levensplan toe te voegen het aantal
units dat in iedere maand gedurende de
periode vanaf 1 september 1996
(aanvang Levensplan) tot aan 1 april 2007 extra verkregen
had kunnen worden
voor (telkens) EUR 40,30 (NFL 88,80, te weten NFL 270,80 -/- NFL
182);
-hetgeen dient te geschieden door telkens, voor iedere maand in de
periode vanaf 1 april
2007 tot 1 september 2026 (einde Levensplan), waarvoor
[Y] de overeengekomen premie ter
hoogte van EUR 89,39 (NFL 197) zal betalen, aan het
Levensplan units voor een waarde van
EUR 129,69 (EUR 89,39 + EUR 40,30) toe te
voegen;
(voor zover nodig met instandhouding van de eis als
verwoord in eerdere processtukken)
met veroordeling van Falcon in de kosten van het
geding.
2.5. De rechtbank oordeelt dat,
aangezien tussen partijen vaststaat dat het wijzigingsvoorstel van Falcon het
nadeel voor [X] c.s. afdoende opheft, zij op de voet van art.6:230 lid 1 BW niet
bevoegd is tot de eerder gevorderde vernietiging van de overeenkomst tussen
partijen.
2.6. De gewijzigde primaire vordering
strekt tot een verklaring voor recht dat de tussen partijen gesloten
Levensplan-overeenkomst is gewijzigd overeenkomstig het aangepaste
wijzigingsvoorstel door Falcon.
2.7. Falcon voert verweer tegen de
door [X] c.s. primair gevorderde verklaring voor recht.
2.8. Uit het enkele feit dat Falcon
verweer voert tegen de gevorderde verklaring voor recht, blijkt dat partijen het
niet met elkaar eens zijn dat partijen de overeenkomst (al) hebben gewijzigd. De
rechtbank zal daarom de primaire vordering afwijzen.
2.9. Falcon meent dat de rechtbank
kan volstaan met het uitspreken van een zuiver declaratoir vonnis waarin het
wijzigingsvoorstel wordt vastgelegd onder de ontbindende voorwaarde dat de
beslissingen in de eerdere tussenvonnissen in deze zaak in hoger beroep in stand
zullen blijven. Voor zover de rechtbank niet zal overgaan tot het uitspreken van
een dergelijk zuiver declaratoir vonnis, heeft Falcon de rechtbank ook verzocht
de gevolgen van de overeenkomst op de voet van artikel 6:230 lid 2 BW in
overeenstemming met het gewijzigde petitum te wijzigen.
2.10. De rechtbank zal geen declaratoir
vonnis, als door Falcon bedoeld, uitspreken. Aangezien [X] c.s. blijkens de door
hem ingediende akten niet instemt met de door Falcon bedoelde ontbindende
voorwaarde, bestaat hierover geen wilsovereenstemming tussen partijen. Reeds
hierom zal de rechtbank, wat ook zij van de vraag of een dergelijke ontbindende
voorwaarde verenigbaar is met de werking van art.6:230 lid 2 BW, niet overgaan
tot het uitspreken van een dergelijk zuiver declaratoir vonnis.
2.11. De gewijzigde subsidiaire vordering
strekt ertoe dat de rechtbank de gevolgen van de overeenkomst ter opheffing van
het nadeel voor [X] c.s. zal wijzigen als gevorderd.
2.12. Gelet op het voorgaande is de
gewijzigde subsidiaire vordering als niet betwist toewijsbaar.
2.13. De rechtbank zal Falcon als de
grotendeels in het ongelijk gestelde partij veroordelen in de proceskosten.
Falcon meent dat, voor zover zij in de kosten zal worden veroordeeld, de omvang
van de kosten moet worden vastgesteld aan de hand van het liquidatietarief. [X]
c.s. heeft niet gevorderd dat Falcon tot betaling van meer of andere
proceskosten wordt veroordeeld dan die berekend aan de hand van het
liquidatietarief. De rechtbank zal Falcon daarom veroordelen tot betaling van de
proceskosten tot een bedrag berekend aan de hand van dit tarief. De kosten aan
de zijde van [X] c.s. worden begroot op:
-dagvaarding
EUR 84,31
-vast
recht
251,00
- salaris
advocaat
2.712.00 (6,0 punten x tarief EUR
452,00)
Totaal
EUR 3.047,31
3. De
beslissing
De rechtbank
3.1. wijzigt de overeenkomst tussen partijen
zoals onder r.o. 2.4 omschreven,
3.2. veroordeelt Falcon in de proceskosten,
aan de zijde van [X] c.s. tot op heden begroot op EUR 3.047,31,
3.3. verklaart dit vonnis tot zover
uitvoerbaar bij voorraad,
3.4. wijst het meer of anders gevorderde
af.