De anorexia van Dexia
Maarten Schinkel

De Belgisch-Franse bankverzekeraar Dexia is door de aandelenleaseaffaire zijn goede naam in Nederland volledig kwijt. De ruim honderdduizend zich gedupeerd voelende leasebeleggers zullen waarschijnlijk nooit meer met de bank in zee gaan, nog afgezien van het uitstralingseffect via familie en vrienden en de media.
 
Dexia erfde het leaseprobleem van Aegon, via de aankoop van Aegon-dochter Labouchere. Maar de wereld is nu eenmaal niet altijd rechtvaardig. Aegon ontkent formele verantwoordelijkheid. En Dexia lijkt vervolgens ook niet erg zachtzinnig tegenover de cliëntèle te hebben geopereerd.
 
De bankverzekeraar kan proberen zijn positie te herbouwen. Dexia versterkt zijn vermogensbeheer al in Nederland, en bezit ook Banque Artesia, het voormalige Paribas. Maar op de publieksmarkt die beleggen is, kan dat niet. Van Labouchere rest nog maar een schim. Een andere Dexia-dochter, zakenbank Kempen, gaat vier jaar na de overname juist haar eigen weg, vooral door de oplopende reputatieschade van de associatie met de Dexia-naam.
 
Hoeveel geld er precies gemoeid is met de claims die Dexia heeft op zijn leasebeleggers is niet bekend, maar het loopt makkelijk boven de miljard euro. Heeft Dexia een exit-strategie? Op de moderne financiële markten is van alles mogelijk. Het Begemann-concern bracht een claim op de Nederlandse staat van destijds 900 miljoen gulden in 1997 naar de beurs. Banken bundelen al jaren hun hypotheekvorderingen op particuliere cliënten en verpakken die vorderingen als effecten (`securitisatie'), die vervolgens worden verkocht aan beleggers.
 
Dexia zou iets soortgelijks kunnen doen met de leasevorderingen - fiscale, juridische en organisatorische haken en ogen daargelaten. Een apart opgericht bedrijf zou alle vorderingen kunnen bundelen, en de inning en juridische procedures de komende jaren afhandelen. Dexia kan de aandelen in dit bedrijf verkopen. De koers hangt dan af van de kans die beleggers toedichten aan het al dan niet slagen van incasso van de vorderingen op de leasebeleggers.
 
De verkoop van de aandelen, uiteraard met korting ten opzichte van hun nominale waarde, geeft Dexia in elk geval zekerheid over de omvang van de geleden schade: de waarde van de vorderingen minus het bedrag dat met de verkoop van de aandelen wordt opgehaald. De leasebeleggers op hun beurt kunnen de aandelen `Dexiaclaim' kopen en zo hun positie neutraliseren. Verliezen zij gaandeweg hun zaken bij de rechter, dan stijgt de koers van hun effecten, en andersom. Maar hoe betalen de berooide beleggers daarvoor? Wie weet wil Aegon ze de stukken wel leasen.
 
Op dit artikel rust auteursrecht van NRC Handelsblad BV, respectievelijk van de oorspronkelijke auteur.